Das Glasperlenspiel | 7 – 114
Hermann Hesse
Glasparels zijn een soort grit, dat gebruikt wordt om roest en andere vervuiling onder hoge druk weg te spuiten. Geen idee of deze technologie ook in de jaren dertig al zo heette.
Al zou het aardig zijn als de titel van deze roman, Das Glasperlenspiel, ineens een dubbele betekenis heeft; en dus niet per se van doen heeft met glazen parels en een heel ingewikkeld spel.

Het eerste dat me opviel aan het lezen van deze roman is het bedaarde tempo. Hesse heeft veel woorden nodig, om dan niet per se veel te zeggen.
Zo bevat het eerste hoofdstuk een inleiding in dat glasparelspel, zonder dat daarvan ooit duidelijk wordt wat de regels precies zijn. Behalve dan dat het spel wortelt in de muziek, waarbij die glasparels ooit gebruikt zijn als de notatie voor noten. Alleen gingen toen ook wiskundigen zich er mee bemoeien, wat alles een stuk abstracter maakte; waarop uiteindelijk ook die parels niet direct meer nodig waren.
Het tweede en derde hoofdstuk gaan over de leerjaren van een Josef Knecht — die later een zeer eminent speler van het glasparelspel zou worden, maar tot nu toe meer geïnteresseerd is in muziek.
Hesse schetste daarbij een ascetisch leven, in kloosterachtige omgevingen, waarbij anderen van zeer grote betekenis waren voor Knecht. In hoofdstuk twee is dat de oude muziekmeester die het talent bij de jongen ontdekt. In het derde hoofdstuk is dat zijn tegenpool op het instituut, een jongen met wie hij zelfs publiek discussieert over de grote waarde van het zo vergeestelijkte leven geïsoleerd in het internaat. Knecht verdedigt dat dan.
Enfin. Heel boeiend was het allemaal nog niet. Hesse lukt het nog niet om me zo te vertragen dat ik al zijn woorden lezen wil.
[ lees mijn aantekeningen over Das Glasperlenspiel hier ]
[x]#14007 fan donderdag 19 april 2018 @ 11:10:29