Te fietsen | week 03
framing
Het belangrijkste onderdeel van de fiets is het wielenpaar. Wielen moeten simpelweg altijd recht blijven, probleemloos draaien, en toch soepel de problemen oplossen die de weg opwerpt. Daarom zou vrijwel iedereen het prettigst rijden op dikke worstenbanden. Zulke banden hebben de minste rolweerstand. En ze dempen alle onregelmatigheden weg.
De enige groep die problemen heeft met de worstenband, zijn de types die zo snel als kan willen fietsen. Racefietsers gaat het namelijk eerst om een laag gewicht, en zo weinig mogelijk luchtweerstand. Dus nemen ze voor lief dat de vingerdikke tuubjes waar zij op rijden ongenadig hard kunnen doorgeven hoe de weg er bijligt.
Toch gaat het bij de discussies over wat nu de beste fiets is nooit over de wielen. Of hoogstens luidt nog weleens een vraag of 26 inch-wielen voor sommige toepassingen niet beter zijn dan 28-inch.
Waarschijnlijk is er te weinig op te scheppen over wielen zonder dat het meteen heel technisch wordt.
Gediscussieerd wordt er daarentegen wel altijd over het frame, en wat dan het meest ideale materiaal zou zijn om een fiets van te maken. Terwijl ik dat nu een werkelijk heel onbelangrijke kwestie vind. Omdat bijna elke oplossing werkt.
Zoek maar even online, en zie dan dat er prachtige en weinig wegende fietsframes te maken zijn van de meest uiteenlopende materialen. Er is een Japanner die ze uit mahonie maakt. Onder zelfbouwers is bamboe tegenwoordig heel geliefd. Het traditionele materiaal was natuurlijk altijd staal. Maar aluminium heeft als voordeel dat het niet wegroest. Carbon-fietsen zijn erg licht van gewicht.
En misschien is titanium wel het meest ideale materiaal om een fiets van te maken. Het heeft alle voordelen van aluminium en geen van de nadelen, zoals het gebrek aan flexibiliteit, maar is nog lichter, en gedraagt zich als het op schokdemping aankomt nog beter dan staal.
Alleen. Zo’n eigenschap als die goede schokdemping valt dus echt pas op als de wielen te veel van de weg doorgeven aan de fiets.
Dus telt er voor mij eigenlijk maar éen ding als ik naar fietsen kijk. Hun esthetiek. Waarbij dan heel simpel geldt dat ik opgroeide in een tijd dat alle fietsen nog van staal waren. En dat de fietsen waar ik naar lustte van staal waren. En deze liefde alles verkleurt.
Van zo’n plastic fiets, hoe duur het frame ook mag zijn — en de Look 695 is aan de prijs — vind ik de lijnen van het frame gauw veel te grof. In dit geval van de voorvork.
Plastic-fietsers vinden dan weer dat ik op een dranghek rijd. Maar die zijn meestal in een andere tijd groot geworden.
[x]#9720 fan donderdag 19 januari 2012 @ 10:24:57