In Amerika: een slotbeschouwinkje
leesprojectje zomer 2018
Het gaat me bij lezen niet enkel om te weten te komen wat ik nog niet weet. Ik heb ondertussen ook de wens om te leren zien wat niemand weet; waar de lacunes zitten in de algemene kennis; of welke onderwerpen nooit op enige belangstelling hebben mogen rekenen.
En zo bezien kunnen leesprojectjes, waartoe dan een tal titels gelezen wordt die anders nooit gelezen zouden zijn, niet mislukken. Ik ben daar altijd wijzer van geworden.
Zelfs al viel de opbrengst van een maandje aan boeken die ‘In Amerika’ speelden iets tegen. Ik had meer verwacht van de confrontaties van bezoekers aan een land met nogal vreemde en achterlijke trekjes, die net als ik al van jongs af aan waren opgegroeid met de mythe dat er daar onbegrensde mogelijkheden zijn.
Anderzijds, gerekend naar Paul Valéry’s wijsheid, was de score redelijk.
9/10 van de boeken die men leest zijn totaal onnuttig om te lezen — Het laatste tiende is onontbeerlijk. Maar pas achteraf — Je kan niet raden welke. Het is schieten op goed geluk.
Paul Valéryhttps://t.co/TVNuPm5Lmz
— a.ij. van den berg (@ijsbrandt) March 12, 2018
Ik las twee boeken waarvan ik blij was ze gelezen te hebben, en waarvan ik dat van Tom-Jan Meeus anders nooit opgemerkt zou hebben. Arjen van Veelen, daarentegen, intrigeerde me al door ander werk.
Een andere tegenvaller was dat door het gebrek aan echte verrassingen een maand lang over hetzelfde onderwerp lezen nogal lang was. En ik weet niet of een betere of grondiger voorbereiding dat probleem had kunnen wegnemen. Boeken geven nu eenmaal pas hun echte waarde af bij het lezen, niet al vooraf aan die lezing.
Ook vermoed ik, bij wijze van theorette nu, dat er veel meer Amerikaanse ideeën hier zijn overgenomen dan waar de gelezen auteurs oog voor hadden. Neem nu de auto, en de fnuikende invloed daarvan op zo veel elementen in ons dagelijks leven: van hoe de kwaliteit van leven in de stad werd opgeofferd aan een onhandig groot en doorgaans slechts geparkeerd vervoermiddel; tot en met de kwaliteit van de lucht — en vervuiling maakt dommer. Al die decennia aan lood in de autobenzine en hun gevolgen worden me ook al veel te makkelijk genegeerd.
Die autocultuur kwam met het Marshallplan mee direct na de oorlog, uit een land waar op dat moment meer auto’s rondreden dan in de rest van de wereld tezamen. Maar waar in Amerika de auto nog altijd gekoppeld is aan vrijheid, en het land de bijkans oneindige grootte heeft om die vrijheid te bieden, ontbrak de ruimte daartoe in Europa. Waardoor er hier nogal wat geforceerd moest worden in wat al bestond. En geforceerd is. Alleen al om de economie naar olie om te schakelen.
En toch blijft het autobezit zelfs in fietsland Nederland nog altijd mateloos hoog. De bijbehorende mythes zijn sterk.
[x]#14490 fan zaterdag 1 september 2018 @ 00:00:00