Rondje iv
Te fietsen | week 29

Hoezeer de infrastructuur voor fietsers ook geprezen wordt in Nederland, de meeste routes van A naar B gaan noodzakelijkerwijs over paden en wegen van een heel verschillende kwaliteit.

Ook ligt het aan de uitverkoren fiets, en de breedte van de gemonteerde banden, welke wegen van A naar B het prettigst rijden voor mij. Het zo vaak voorkomende fietspad met scheef liggende tegels is zelden prettig om te nemen. Maar op een racefiets met knalharde bandjes wordt zo’n fietspad een straf.

Daarom gebruik ik ook zelden mijn snelste fietsjes op het rondje boekenhalen. Er liggen te veel stukken rot wegdek op de route. En die zijn helaas niet altijd te vermijden. De klinkerweg naar de brug bij Burgum is nog wel het ergst. En klagen bij de instanties helpt niet.

En zo’n brug is nu net een onverbiddelijke fuik.

Kruisingen zijn de andere oversteken die problemen kunnen opleveren — al geldt dat dan vaak alleen tijdens de spitsuren.

In de spits kan het daarom ineens een voordeel zijn om wel de kruisingen met verkeerslichten te kiezen. Want die geven tenminste nog weleens mogelijkheid om over te steken. Bij een kruising met een voorrangsweg blijft zo’n kans tijdens de drukke uren vaak ellenlang uit. Die bieden dan ruim de gelegenheid om de eeuwige vraag te herhalen wat toch maakt dat iedereen altijd precies op hetzelfde moment naar zijn of haar werk wil.

Dus vermijd ik de spitsuren liefst.

En ook heb ik een hekel aan verkeerslichten. Want alles wat de normaal voortgang stoort, is nu eenmaal hinderlijk. Fietsen wil ik. Niet plotseling stoppen.

Want stoppen voelt altijd als opgehouden worden.

Net als dat langzamer rijden als kan, door het slechte wegdek, voelt als opgehouden worden.


[x]#11935 fan dinsdag 21 juli 2015 @ 23:30:00