De boekenzinnen|stapelgedichten zijn weer terug, ditmaal in The Guardian;
En ook de pessimistische verhalen over de teloorgang van het boek zijn er weer. New York The Magazine heeft een matig geïnformeerd stuk waar iedereen al naar linkt;
Ik vond het boeiender om deze antwoorden te lezen op de vraag of intelligente boeken kunnen overleven, in deze digitale tijd;
Nu kwam maandag F. Scott Fitzgerald hier al aan het woord, die in de jaren 1930 al zag dat de roman het niet zou redden tegen de film;
En na vannacht 24.00 uur besteedt boeklog aandacht aan de al even pessimistische essays van Gore Vidal, die in de jaren vijftig constateerde dat de roman het misschien nog wel zou redden als kunstvorm, maar dat er simpelweg geen lezers meer voor zijn;
Wat komt er dan voor in de plaats? Wie vooral van een scherm leest, verwacht iets anders van een tekst dan een boekenlezer doet;
Vorige week had ik nog een filmpje met Joop van der Horst daarover;
The Chronicle of Higher Education heeft een stuk dat onder meer over de eeuwig pessimistische onderzoeker Jakob Nielsen gaat, die het schermlezen een lagere vorm van geletterdheid noemt;
En ja, dat ik tegenwoordig zo vaak teksten opdeel in opvallende alinea’s heeft wel met kennis over schermlezen te maken;
Er nog even van afgezien dat ik ook te lui ben om altijd maar weer lopende verhaaltjes te schrijven;
Ben ik, alle pessimisme in ogenschouw nemend, daarmee ook negatief over de toekomst van het boek?
Nee;
Mij interesseert eerder een heel andere vraag. En dat is een soort metavraag over alle verschijnselen die spelen. Is het niet zo dat schrijvers zich telkens automatisch aanpassen aan het mogelijke?
Daarbij zo goed mogelijk hun best doend om zich te onderscheiden?
Als iedereen zijn drang om verhaaltjes te horen met televisie lust, heeft het voor een schrijver geen zin meer om eenvoudige verhaaltjes te bedenken. John O’Hara zou diens verhalen nu niet meer zo kunnen schrijven;
Maar krijgt Myers dus gelijk met zijn Reader’s Manifesto, waar ik al in 2002 over logde, dat veel literair proza van de weeromstuit te pretentieus is geworden?
Bedoeld is om indruk te maken op mensen die minder talig zijn dan eerdere generaties, en dus makkelijker besodemieterd kunnen worden?
Enfin.