Rabbit Redux | 226 t/m 348
John Updike

Na twee van de vier Rabbit-romans te hebben herlezen, wordt een vraag waarom ik zo weinig heb overgehouden aan de eerste kennismaking.

Want, op zich zijn Rabbit, Run en Rabbit Redux heel vaardig geschreven. Weliswaar vind ik Updike nog altijd beter als verhalenschrijver dan romancier. En dus kleeft er aan zijn romans altijd dat sommige delen er niet toe doen; en de boeken te dik zijn. Maar op zich zijn die Rabbit-boeken niet beter of slechter dan de meeste van zijn andere langere werken.

En dan denk ik dat de hoofdpersoon me net een tik te passief is om de boeken over hem vreselijk pakkend te vinden. Harry ‘Rabbit’ Angstrom was ooit een held. Maar dat was op de middelbare school. Even. Als basketbalspeler. Alleen gaan de romans daar nu net niet over. Wat de boeken behandelen is de tijd na de glorie. Als het leven vooral iets is dat hem lijkt te overkomen.

Rabbit Redux pakte vooral door de passiviteit van de hoofdpersoon voor mij ook veel te deprimerend uit als boek.

Pas aan het einde, als door een plotse schok de ban is gebroken, en de claustrofobie die deze roman zo bepaalt doorbroken wordt, pas dan krijgt het boek iets.

Rabbit blijkt daarna ineens ook een tamelijk ongeremde zuster te hebben. Mim. En zij is in het luttel tal pagina’s dat ze verschijnen mag aanzienlijk boeiender dan haar broer.

Het boeklogje over de roman volgt waarschijnlijk ergens in september. Zodra alle vier de romans zijn herlezen.

Lees al mijn gedachten over Updike’s Rabbit Tetralogy hier.


[x]#10223 fan vrijdag 13 juli 2012 @ 11:33:09